Het vuur dat het felst brandt is de wil om te winnen, maar het is de wil om je voor te bereiden – en om te leren – die het verschil maakt.
Soichiro Honda hield van racen. In de jaren 30 van de vorige eeuw ging hij de strijd aan met zijn broer, in een zelf aangepaste Ford. Al snel na de oprichting van Honda, in 1949, gingen we meedoen aan motorraces. Het duurde niet lang voordat we een aantal beroemde overwinningen konden vieren. Soichiro stopte daar niet: hij had de ambitie om kampioen te worden in een auto die hij zelf zou maken: motor en chassis. De eerste stappen in de richting van deze droom zette hij in 1964 – in niets minder dan de topdivisie van de autosport: de F1.
De Honda RA271 maakte in 1964 zijn entree in de Duitse Grand Prix en werd met elke race een sterkere concurrent. Het seizoen van 1965 leek meer dieptepunten dan hoogtepunten te hebben, totdat Richie Ginther, die achter het stuur zat van de RA272, onze eerste overwinning behaalde in Mexico. Amper een jaar na het debuut van het team had Soichiro zijn droom al waargemaakt.
Soichiro keek nooit alleen maar toe, hij wilde zijn racedroom zien en voelen uitkomen
Onze Honda-ontwerpers hebben hard gewerkt om winnaars op topniveau van de F1 te worden in de jaren 60.
Wereldkampioen John Surtees reed voor het team in 1967 en behaalde een memorabele overwinning tijdens de Italiaanse Grand Prix - met de nieuwe RA300 in zijn eerste race. Het team trok zich terug uit de autosport na het seizoen van 1968 om al zijn energie te richten op de ontwikkeling van nieuwe wegauto's. Inmiddels had de Honda-naam al een vaste plek bemachtigd in de eregalerij van de autosport.
Na een afwezigheid van 15 jaar kwamen we in 1983 terug in de F1 als motorleverancier. Tijdens de laatste race van dat seizoen werd Keke Rosberg met Williams Honda vijfde. Een jaar later won hij onze eerste race in het turbotijdperk. We behaalden onze eerste F1-wereldkampioenschapstitel met Nelson Piquet in een Williams in 1987. In die tijd leverden we ook motoren aan Team Lotus met de veelbelovende coureur Ayrton Senna – in de Britse Grand Prix van dat jaar finishten auto's met een Honda-motor als eerste, tweede, derde en vierde!
In 1988 gingen we een relatie aan met McLaren en wonnen we 15 van de 16 races, met de titel voor Ayrton Senna. Alain Prost won het kampioenschap met McLaren Honda in 1989, waarna Ayrton onze motoren naar de winst reed in zowel 1990 als 1991. We waren zo goed als onverslaanbaar.
Regerend F1-wereldkampioen Nelson Piquet bestuurde de met een Honda-motor uitgeruste Lotus 100T tijdens het seizoen van 1988.
Met Gerhard Bergers winst voor McLaren-Honda in de Australische GP van 1992, de laatste race van het jaar, sloten we ons tweede F1-tijdperk af. We bleven in de daaropvolgende seizoenen op bescheiden niveau betrokken samen met onze partner Mugen Motorsports.
Met een nieuwe eeuw in zicht overwogen we een rentree met onze eigen auto voordat we ervoor kozen motoren te leveren aan het BAR-team vanaf 2000. We werden tweede in het seizoen van 2004 en in 2006 won het team, nu Honda F1 Racing genaamd, de Hongaarse Grand Prix. In deze race claimde Jenson Button zijn eerste overwinning in de Formule 1.
In 2007 ging ons 'Earth Dreams'-motorprogramma van start. De resultaten waren wisselend maar onder de bezielende leiding van Ross Brawn boekten we vooruitgang. Totdat de wereldeconomie instortte en we ons terugtrokken uit de F1 om ons te kunnen concentreren op onze kernactiviteiten.
Ross Brawn en teamhoofd Nick Fry kochten het in Brackley gevestigde team uit en voltooiden, met wat steun van Honda, de ontwikkeling van de nieuwe auto op tijd voor de start van het seizoen van 2009. Het tot Brawn GP-team omgedoopte team bleef gebruikmaken van de diensten van Jenson Button. Samen wonnen ze niet alleen zes van de eerste zeven races, maar gingen ze ook nog eens aan de haal met de coureurs- en constructeurstitel.
Een snelle glimp van onze welverdiende raceoverwinningen, samen met de successen in de coureurs- en constructeurskampioenschappen.
![]() |
1e tijdperk 1964-1968 2 raceoverwinningen |
Richie GINTHER (VS) 1 John SURTEES (VK) 1 |
|
![]() |
2e tijdperk 1983-1992 69 raceoverwinningen |
Keke ROSBERG (Finland) 3 Nigel MANSELL (VK) 13 Nelson PIQUET (Brazilië) 7 Ayrton SENNA (Brazilië) 32 Alain PROST (Frankrijk) 11 Gerhard BERGER (Oostenrijk) 3 |
|
![]() |
3e tijdperk 2000-2008 1 raceoverwinning |
Jenson BUTTON (VK) 1 | |
![]() |
Coureurskampioenschappen - 5 opeenvolgende jaren | 1987 Nelson PIQUET (Brazilië) 1988 Ayrton SENNA (Brazilië) 1989 Alain PROST (Frankrijk) 1990 Ayrton SENNA (Brazilië) 1991 Ayrton SENNA (Brazilië) |
|
![]() |
Constructeurskampioenschappen - 6 opeenvolgende jaren | 1986 Williams Honda (FW11) 1987 Williams Honda (FW11B) 1988 McLaren Honda (MP4/4) 1989 McLaren Honda (MP4/5) 1990 McLaren Honda (MP4/5B) 1991 McLaren Honda (MP4/6) |
Honda kan nooit lang wegblijven van het racen. Genietend van de mogelijkheid om te leren van het hightech hybride F1-tijdperk, namen we in 2015 weer onze plek op de F1-grid in, met het McLaren-team als leverancier van het chassis.
Soichiro Honda zei ooit: 'succes is voor 99 procent falen', en in de afgelopen jaren hebben we meer dan genoeg uitdagingen voor de kiezen gehad. Dit jaar leveren we motoren aan twee ambitieuze raceteams waarmee we samenwerken: Red Bull Scuderia AlphaTauri, met Pierre Gasly en Daniil Kvyat in de AT01, en Aston Martin Red Bull racing, met Alex Albon en Max Verstappen in de RB16.
Na het testen van deze onderscheidende, opvallende wagens in Barcelona kijken onze enthousiaste teams ernaar uit om in 2020 op te schuiven op de grid en sterke vorderingen te maken.
"Beide kanten hebben tijdens de winter kolossale inspanningen geleverd en er werd op alle fronten vooruitgang gemaakt". Christian Horner, Teamchef, Aston Martin Red Bull Racing
“Onze prioriteit dit seizoen is het dichten van de kloof met de koplopers, zodat beide teams betere resultaten kunnen behalen". Katsuhide Moriyama, Chief Officer for Brand and Communication Operations, Honda Motor Co., Ltd
Ze zeggen dat racen het product verbetert. Het verbetert zeker Honda. Alles wat we hebben geleerd van autoracen hebben we altijd in onze auto's voor op de weg gestopt. Het circuit is ons testlaboratorium.
Het opzoeken van de grenzen in het racen leidt ons naar de auto's van morgen. Of we nu winnen of verliezen, we geven nooit op. De eindstreep is niets meer dan de start van een volgende race, die ons in de richting van onze dromen drijft.